Op 2 maart startte het Limburgse wielerseizoen in Brustem met overwinningen van Mathiz Thielens en Andreas Goeman. Nu ongeveer 90 Limburgse wedstrijden later werd het seizoen afgesloten in Lommel met overwinningen van Starinieri en Van Oord.
Jaren werd het Limburgs wielerseizoen in Alken afgesloten. Tot corona kwam, het koersfeest op de Pleinstraat voorgoed verdween en Lommel-Kolonie voor de afsluiting zorgde. Bij de nieuwelingen ging dit jaar de zege naar Jestin Starinieri. De Genkenaar had met het PK tijdrijden en het PK op de weg in Tessenderlo, waar hij weliswaar eerstejaars Thielens moest laten voorgaan, al twee zegestreepjes achter zijn naam. Maar om echt als eerste met de handen in de lucht over de streep te kunnen bollen, moest hij wachten tot zijn allerlaatste nieuwelingenwedstrijd. Hij maakte deel uit van een kopgroep van vijf waaruit hij in het zicht van de meet ontsnapte. In de elitenwedstrijd ging de zege naar de Nederlander Rowan Van Oord die Senne Hulsmans in eigen Lommel versloeg. Voor Senne was het zijn laatste koers in het Quick-Step truitje. “Een trui waar ik als kind van droomde om in te mogen koersen. Drie jaar heb ik dat mogen doen. Mijn beloftenperiode zit erop. Nu start ik een nieuw hoofdstuk in het Nederlandse continentale Volkerwesselscyclingteam waar ik wil laten zien wat ik waard ben. Tenminste als ik eens een jaar van pech mag gespaard blijven.”
Junior Ferre Hulsmans, het jongere broertje Senne, behaalde tijdens dit slotweekend in Heist op den Berg zijn allereerste zege en mag zo met een goed gevoel de winter in.







