Er was een tijd dat clubs niet meer bereid waren om een provinciaal kampioenschap in te richten. Daarvoor moest extra betaald worden en gezien het steeds dalend aantal renners en dus een beperkt deelnemersveld paste men daarvoor. Daar lijkt nu door een tegemoetkoming van Cycling Vlaanderen verandering in te komen.
Amper één dag nadat bekend werd dat de Limburgse afdeling de inrichtingsvergunning (370 euro) voor haar rekening zal nemen, meldde zich al twee kandidaten. In Helchteren wil met op 4 mei het kampioenschap voor nieuwelingen organiseren. Jesseren wil op 12 mei het kampioenschap voor juniores inrichten. “Is dat al zeker?”, vragen beide inrichters ons, wachtend op een officiële bevestiging. Er zouden immers nog andere kandidaten kunnen opdagen.
Voor het kampioenschap voor elite2 en beloften, ook het duurste kampioenschap, zijn die er nog niet. Waarom zouden inrichters die toch van plan zijn een wedstrijd voor die categorie in te richten, niet gebruik maken van deze opportuniteit. Het zal hen allicht geen euro meer kosten.
“Dat denk ik ook niet”, meent Chris Wynants van Helchteren. “Al hadden we het niet gedaan indien het niet uitgerekend tijdens ons koersweekend valt waarin we traditiegetrouw op zondag wedstrijden voor internationale dames en beroepsrenners organiseren en op zaterdag wedstrijd voor juniores en nieuwelingen. Omdat op die zaterdag geen andere nieuwelingenwedstrijd dan een kampioenschap georganiseerd mag worden, zijn we er meteen op gesprongen. De jeugdwedstrijden maken deel uit van ons project. Dat we de inrichtingsvergunning terug betaald krijgen, is mooi meegenomen maar zeker niet de reden waarom we het doen.”
In Jesseren, waar men een prachtig en selectief parcours heeft voor een kampioenschap, zingt men ongeveer hetzelfde liedje. “We richten elk jaar drie junioreswedstrijden in waarvan de eerste half mei”, aldus Eddy Ketelslegers van de organiserende club. “De datum van dit kampioenschap past dus in onze planning. Of de inrichtingskosten voor zo’n kampioenschap hoger zijn? Ik vermoed van niet. We proberen altijd om onze wedstrijd zo goed mogelijk in te richten en aan alle organisatorische eisen te voldoen. En wie weet kunnen we nu iets meer sponsoring binnen halen. Want dat wordt toch ieder jaar een stuk moeilijker. En zonder sponsoring stopt het verhaal.”
